De desperado’s van Vredendael

1995

Bezetting: 5 dames – 3 heren (Alternatieve bezetting mogelijk, indien sommige oude-damesrollen door mannen worden gespeeld)

 

In het bejaardenhome “Vredendael” zaait Irma Bruyninckx een golf van terreur. Ze wordt daarin welwillend bijgestaan door haar kompaan, Therése Dupond.Hun voornaamste slachtoffers zijn Agnes, een soort wandelende encyclopedie medical, en Prosper, een versleten, doch overpotente duivenmelker. Wanneer de pesterijen van de dametjes zodanig ver gaan dat het een medebejaarde het leven kost, proberen de andere kostgangers  en het personeel de twee “desperado’s” op andere gedachten te brengen. Maar...zelfs met de dood nemen ze een loopje, tot op een dag  Pietje de dood zelf ten tonele verschijnt.

 

Stop een paar rebelse bejaarden in een rusthuis en je bekomt zonder slag of stoot een komedie !…Echt waar !…Zonder zeveren!”

Een creatie van ‘t Spel (Blanden) in1999.

Verdere opvoeringen:

2002
* Welle, de slumme van… Vissenaken.
2006
* Klaverblad, Herentals

2007

*Contrast—Oud-Heverlee

Personages

IRMA BRUYNINCKX: rebelse bejaarde
THERESE DUPONT: manipuleerbare madam van Franse komaf
AGNES: wandelende encyclopedie medical
MADAM FIERENS: compleet getikt
MIA: verpleegster zonder diploma
DOKTER SMOLDERS: dokter zonder medische kennis
PROSPEER: overpotente duivenmelker
PIETJE : bode van gene zijde

Tafereel 1

MIA, DE VERPLEEGSTER KOMT OP... ZE DUWT MADAM IRMA BRUYNINCKX, DIE IN EEN ROLSTOEL ZIT, VOOR ZICH UIT...SECUUR ZET ZE DE ROLSTOEL NAAST DE TAFEL, FACE PUBLIEK...

MIA                          Voila madammeke Bruyninckx, ge zijt gij weeral is gestationeerd!...En, wat

                                 vond ge van ’t eten, heeft ’t een beetje gesmaakt?....

IRMA                       (knorrig) Nee!...’ t Was véél te flauw en veel te weinig!

MIA                          Enfin nu!...Ge weet toch dat wij hier alles zonder zout én licht verteerbaar maken?

IRMA                       ’t Is maar al goed ook dat er geen zout op is!

MIA                          Ah ja?  Waarom dan?

IRMA                       De mensen zouden anders misschien wel is kunnen proeven wat dat z’ op hun teljoor krijgen!

MIA                          Allee nu madammeke, waarom doet ge nu zo knorrig?...Ge gaat mij toch niet vertellen dat ge hier niet verwend wordt in huize Vredendael zeker?

IRMA                       Verwend?...Pfff...Ik was vroeger toch veel beter gewoon, daar moogt ge zeker van zijn!  En moest ’t niet zijn dat ik niet meer uit de voeten kon met mijn voeten, dan trapte ik het hier sito presto af!

MIA                          Maar allee nu?  Waarom zijt ge nu zo malcontent?...Ge hebt hier toch alles wat ge moet hebben zeker?...Eten, drinken, een schoon kamer, gezelschap...

IRMA                       Jaja, dat is ‘t ‘m juist, “gezelschap”...pfff...Een troske ouw wijven met tweehonderd vierendertig verschillende ziektes waarvan dat minstens de helft besmettelijk is, en de rest terminaal, schoon gezelschap...

MIA                          (lacht)...Ge moet altijd niet zo zitten overdrijven, madammeke Bruyninckx...Er zitten daar vast en zeker héél toffe vriendinnen tussen...Allee, en probeer nu maar een beetje te slapen!...Mag ik u hier laten staan?

IRMA                       Ge moogt gerust zijn!...Ik zal niet weglopen!

MIA                          Allee, tot strakskes dan é...En als g’ iets nodig hebt, dan moet ge maar roepen! ...Ge moet u in niks zorgen maken, ik ben hier altijd wel ergens in de geburen!

IRMA                       Roepen?...Met al dat slap eten heeft ne mens hier geen energie meer om te roepen!...Maar als er iets is, dan zal ik fluiten!

MIA                          Awel, dat is ook goed!  Fluit gij dan maar!

IRMA                       Zeg, staat mijn handrem op?...Ik wil weeral niet voorover tuimelen zoals verleden week!

MIA                          Alles is prima in orde, madammeke!...Slaap lekker! (af)

IRMA                       (mompelend) Jaja...slaap lekker madammeke!  Da’s ook het enige dat ze hier kennen...Eten en slapen, en tussendoor dan zwieren z’u wel is geregeld op de pot....Niks zo moeilijk als uw commissie doen op commando!...”Huize Vredendael” noemen ze dat dan...Ne mens zou beter af zijn in ’t gevang van Leuven centraal!....Daar geraakt ge vandaag den dag gemakkelijker buiten dan hier!....(zucht)...Enfin, ik zal m’n piepers dan maar is een beetje gaan toe doen zeker?...(nestelt zich en sluit de ogen)...

AGNES BOGAERTS KOMT OP...ZE GAAT ZEER  MOEIZAAM EN MET EEN STOK...

AGNES:                    Ah...Hierzie...Irma! (zet zich moeizaam op stoel)

IRMA                       (doet één oog open, dan weer dicht)

AGNES:                    Een uileke aan’t vangen, Irma?...

IRMA                       (ogen open, zucht)...Ja Agnes...Maar ’t is gaan vliegen!

AGNES:                    (schuifelt ongemakkelijk op de stoel)...Mens, mens...Ge kunt niet geloven hoeveel last dat ik weer heb van m’n achterwerk...’t Is weer helgans ontstoken!

IRMA                       Agnes, ik heb u al zo dikwijls gezegd dat ge regelmatig een proper onderbroek moet aandoen!

AGNES:                    Jamaar ik doe dat toch, Irma?...Maar dat helpt allemaal niks!...Er staan weeral zo’n blaren op!...

IRMA                       Allee zulle, Agnes...Zo’n blaren, dat zal toch wel een beetje zwaar overdreven zijn, zeker?

AGNES:                    Wŕtte?...Overdreven?...Wacht! (probeert recht te komen)...Ik zal ’t laten zien!

IRMA                       Neenee, Agnes, laat maar!...

AGNES:                    En als ik daar durf vaseline aan te doen, zoals verleden week é, dan schuif ik onder ’t eten altijd van mijne stoel!...

IRMA                       (verveeld) Ja Agnes, ik weet ‘t!....

AGNES:                    Als ne mens wat ouder wordt, dan blijft ‘m van niks gespaard, m’n kind! ...D’ één miserie achter d’ ander...

IRMA                       Tegen wie zegt ge ‘t...Apropos, had gij daar nu gisteren geen kwaadaardig gezwel aan uwen elleboog?...

AGNES:                    Gisteren?...Wacht is...Ah ja!  Da ’s waar ook dat!...Zo’n galet van een tumor! ...Maar deze morgen was hij alweer weg...spijtig...

IRMA                       misschien is ‘m naar ergens anders verschoven?

AGNES:                    Zoudt ge dat peinzen, Irma?...

IRMA                       Tja, ge weet dat nooit é, Agnes...’t Schijnt dat die gezwellen soms een eigen leven gaan leiden!

AGNES:                    Allee, serieus?

IRMA                       Ah, vaneigenst datte!...Leest gij daar dan nooit geen boeken over misschien?

AGNES:                    Ah ja natuurlijk wel!...Ik heb daar een encyclopedie van, vierendertig delig! ...Maar hij is niks waard!

IRMA                       Ah nee?  En waarom niet?

AGNES:                    (zucht)...’t Geen dat ik mankeer é, dat staat er nooit in!

IRMA                       Misschien kunt ge zélf is een encyclopedie schrijven é, Agnes?

AGNES:                    Wie?  Ikke?...Allee Irma, ge zwanst zeker?

IRMA                       Waarom?...Ge zijt gij toch specialist, of niet misschien?

AGNES:                    Jaja, dat wél, absoluut!...Maar op mijne leeftijd gaat ge toch geen boeken meer schrijven, zeker?

MADAM FIERENS KOMT OP...ZE IS SCHAMEL EN SLORDIG GEKLEED...ZE

IS OP ZOEK NAAR “PRUTSKE”, HAAR FICTIEF HONDJE...

M.FIERENS:            Průůůůtske průůůůtske průůůůůtske....Kom bij ’t vrouwke, kom...průůůůtske průůůůtske průůůůtske;;;;

IRMA                       (zucht) Allee zulle, die is er ook weeral!...

AGNES:                    Zijt ge weer achter uw hondje aan ’t zoeken, madam Fierens?

M.FIERENS:            (onverstoord) průůůůtske průůůůůtske průůůůůtske...

AGNES:                    (zucht) Uw prutske is al jaren dood madam!  Hoe dikwijls moet w’ u dat nog zeggen?

M.FIERENS:            Heeft er iemand mijn hondje gezien?...Een klein bruin hondje....

IRMA                       Was’t er ééntje met vier poten en ééne staart?

M.FIERENS:            (enthousiast)Ja!...Jaja!....

IRMA                       En met een strikske?

M.FIERENS:            Ja!  Met een strikske!  Een rood strikske!

IRMA                       ...Spijtig, ‘k heb ’t niet gezien!...

M.FIERENS:            Verdekke toch!  Waar kan die nu toch zitten?....průůůtske průůůůtske...(gaat af en geroep blijft hoorbaar achter de coulissen) průůůůtske průůůůtske...

AGNES:                    Ocharme ocharme ocharme toch...Dat is nu toch écht triestig é, Irma?...Dat beesteken is al jaren dood, en toch loopt ze daar nog dag in dag uit achter te zoeken...

IRMA                       (koel) Dat is een hobby als een ander é, Agnes!...

AGNES:                    Ze moet dat beesteke toch erg missen é...

IRMA                       Bwah, kijk...Als zot zijn écht zeer moest doen é, dan zou die nogal een pak trekken van de ziekenkas, geloof ik!

AGNES:                     (begint plots te kreunen)...Oeioeioei...Aiai...

IRMA                        Allee zulle, wat doet er nů weeral zeer?

AGNES:                     Och, m’n voeten é, Irma, m’n voeten é...

IRMA                        Uw voeten?

AGNES:                   Ah ja...Vooral mijne rechter!...Die si weeral zo gezwollen als ‘k weet niet wat...

IRMA                        Tiens...Ik zie daar nochtans geen verschil tussen!...

AGNES:                    Enfin, Irma, gij ziet niet goed zeker?  Kijk is hoe dik!...(heft haar voet op)...

IRMA                        Da’s uwe linker voet, Agnes!...

AGNES:                     ...Och ja...(heft andere voet op)...Ziet ge’t nu?

IRMA                       (kijkt langdurig)...Nee...Hef ze is alle twee op...(kijkt weer langdurig)...Volgens mij zijn dat gewoon twee klak dezelfde voeten!  Zeker weten!

AGNES:                   Tiens...(kijkt zelf langdurig)...En deze morgen zou ik nochtans gezworen hebben dat...Tja...Laat maar...(korte stilte)...Zeg Irma, hebt gij kunnen slapen deze nacht?

IRMA                        Ik slaap altijd goed!  Gij weeral niet zeker?

AGNES:                     Maar nee, bijlange niet, ik...Zeg, hoe weet gij dat eigenlijk?

IRMA                        Ik had zo’n flauw vermoeden é, Agnes!...

AGNES:                   Tiens, da’s straf dat!  Het was nochtans goed begonnen...Ik had m’n pilleke gekregen van de verpleegster, en ik voelde mijn ogen dichtvallen...(zucht)...En toen is dat ineens weer begonnen...

IRMA                        Wat is er dan begonnen?

AGNES:                     Awel, die pijnscheuten, é...

IRMA                        In uw achterwerk?

AGNES:                     Maar nee, bijlange niet!

IRMA                        In uw voeten dan?

AGNES:                     Neenee, aan mijne pancreas!

IRMA                        Aan uwe wŕtte?...

AGNES:                     Mijne pancreas...Allee...Mijnen dinges, mijn alvleesklier!

IRMA                        Uw...Alvleesklier?

AGNES:                     Juist, ja...Mijn alvleesklier!...Enfin, mijne pancreas é, Irma!...

IRMA                        Ah bon?...En eu...Waar ligt dat geval ergens?

AGNES:                     Wélk “geval”?

IRMA                        Awel, uw alvleesklier...

AGNES:                     Mijne pancreas?...Awel, in mijnen buik é, Irma!

IRMA                        Allee?...En waar ergens in uwen buik?

AGNES:                     Tja, dat...Dat weet ik niet é, Irma!

IRMA                       Tiens tiens...En hoe kunt gij dan zo zeker weten dat dat uw alvleesklier is die zeer doet?

AGNES:                     Tja...Ne mens voelt zoiets é, Irma!

IRMA                        Enfin, ja...’t Zal dan wel zo zijn zeker? (lacht)

AGNES:                     (geprikkeld) Zeg, gij gelooft mij precies niet?...

IRMA                       Jaja, Agnes, ik geloof u wél!...En ge moet u zo niet zitten opwinden!...Dat is trouwens héél slecht voor uwe pancreas!

AGNES:                     Voor mijn alvleesklier!

IRMA                        Juist ja, voor uw alvleesklier!

AGNES:                     Tiens...Hoe weet gij dat?...

IRMA                        Tja, ne mens voelt zoiets é, Agnes...

AGNES:                   Ja...Ja, da’s waar!...Zeg, en dat gerommel in mijn darmen é, daarvan zou ik toch ook is graag weten van waar dat dat komt!...

IRMA                       (zucht) Als ge dat persé wilt weten é, Agnes, dat moet ge maar is op “groot onderhoud” gaan bij de Smolders!...

AGNES:                   Och...Ik ben daar al zeker zeven keren voor naar meneer doktoor geweest, maar hij kan nooit iets vinden...

IRMA                       Tja, dat zou mij sterk verwonderen moest de smolders ooit bij iemand iets vinden...

AGNES:                   Oeioeioei...’t Begint weer...’t Is zo precies of dat ik moet gaan gaan!...

IRMA                        Awel, ga dan gewoon naar de koer é, Agnes!...

AGNES:                     Ja...Ja, dat ga ik doen!...Als ik tenminste kan blijven zitten met die blaren...

AGNES GAAT AF, RICHTING TOILET...

IRMA                        Zeg Agnes, peinst op uwe voet é!...

AGNES:                     Ah...Jaja...(begint te manken)...

IRMA                        Uwen andere, Agnes!

AGNES:                     Ah ja...Merci, Irma...

WANNEER AGNES TOT IN HET TOILET IS GESUKKELD GAAT IRMA TERUG IN SLAAPHOUDING ZITTEN EN SLUIT DE OGEN...EVEN LATER KOMT THERESE DUPONT OP...ZE GAAT ZITTEN AAN DE TAFEL...MADAM DUPONT IS VAN FRANSTALIGE AFKOMST EN SPREEKT MET EEN ZWAAR ACCENT...

THERESE:                Ah, voila...Irma!...Gij zit gij zo genoeglijk te slaap?...

IRMA                       (ogen open)...Ik zŕt genoeglijk te slapen é, Therése, ik zŕt!  Verleden tijd!  Passé composé...compris?

THERESE:               Och, ’t is ik heb ’t weer verkeerd gezegd?...Excuses!...Zeg, Agnes, zij is niet hier?

IRMA                        Nee!...Z’ is naar de jul!

THERESE:                ...Naar wie?...

IRMA                        Naar de jul!

THERESE:                Mon dieu zeg, ’t is Agnes heeft een lief?...

IRMA                        (zucht) Nee, Therése...Z’is naar...Enfin...Naar ’t huiske!...

THERESE:                Hoe?...Agnes is terug naar huis?

IRMA                       Nee Therése, z’is naar...Allee, hoe zegt ge dat nu...naar le chambre des commiskes!...

THERESE:                Le chambre des...Aaaah...Ge wilt zeggen dat z’is naar de koer?

IRMA                        Juist, ja!...Naar de koer!

THERESE:                En...Waarom is ze naar de koer?

IRMA                        Enfin zeg, Therése, wat gaat ge daar nu doen op de koer?

THERESE:               Oh ja, pardon!  Wat een stomme vraag van mij...Zeg, heeft ze last van die blaas op hare gat?

IRMA                       (zucht) Tja...Ik vrees van wel...En niet alleen daar van...Ze heeft nog een stuk of dertien gevaarlijke gezwellen, een heel serie doorligwonden, acht breuken, een koppel hersenbloedingen en een buikvliesontsteking, maar voor de rest is alles in orde!...