Sex op woensdag

1996

Bezetting: 2 dames – 4 heren.

 

Herman blijkt na twintig jaar huwelijk nog bitter weinig interesse te tonen in zijn vleselijke verplichtingen. Alleen op woensdag wil hij nog wel even uit de broek, en zelfs dan... Zijn vrouw, Annie, denkt dat dit aan de leeftijd ligt. Wanneer zij onverwacht de buren uitnodigt, komen er verrassende  tegenstellingen aan het ligt!... Hilde, de buurvrouw in kwestie, is een razend knappe vamp, terwijl haar echtgenoot, Harry, meer weg heeft van een stijve hark.

Een pretentieloze, pikante komedie over eeuwige liefde, ontrouw, biljartballen,wittekes...Kortom, over alles...en eigenlijk over niets.

 

“Het verhaal gaat helemaal niet over seks ! Wel over biljarten, vreemd gaan, nemen en geven, gegeven worden, en ook over…Tiens ?…Seks…”

Een creatie van het Nieuw Wezemaals Toneel in 1998.

Personages

Annie

Herman

Hilde

Harry

Raf

Pieter

Tafereel 1

Herman zit aan de ontbijttafel, verdiept zich in de krant. Annie komt vanuit de keuken met een koffiekan in de hand. Ze bekijkt Herman nors en zet de kan met geweld op de tafel.

Herman                    (kalm) Wel? Is er soms iets?

Annie                        (nors) Welke dag is het vandaag?

Herman                    Eu…vrijdag.

Annie                        Ja, vrijdag! Welke datum?

Herman                    (verwonderd) Hoezo, welke datum?

Annie                        Welke datum is het vandaag?

Herman                    (kijkt op zijn horloge) De vijftiende. Waarom?

Annie                        De vijftiende van welke maand, idioot!

Herman                    Wel eu…juni, geloof ik.

Annie                        Juist ja! Inderdaad…de vijftiende juni!

Herman                    Wel ja, en dan?

Annie                       Hooo, maar jij bent werkelijk onbeschrijfelijk, weet je dat? Werkelijk onbeschrijfelijk!

Herman                    Maar enfin nu schattebol, wat is er dan?

Annie                       Wat is er dan? Durf jij dan nog te vragen wat er dan is? Durf jij dat werkelijk?

Herman                    Tja…ik vrees dat je me toch enige uitleg zult moeten verschaffen.

Annie                       (neemt hem vast bij z’n stropdas en trekt hem van z’n stoel omhoog) De vijftiende juni, lieveling, is onze huwelijksverjaardag, of wist je dat niet meer? Uil! (laat hem los, hij valt terug op de stoel)

Herman                   Onze huwelijksverjaardag? Werkelijk? Tiens…hé…dat is is waar ook. Nu je’t zegt, de vijftiende juni zijn we getrouwd!n de vijftiende juni van het jaar des heren negentienhonderd…eu negentienhonderd…zesenzeventig?

Annie                       Nee, vijfenzeventig, kwal! Ten andere, dat kan je zien aan de binnenkant van je trouwring, dat staat daar ingegraveerd!

Herman                    Echt waar? Tiens…(probeert de ring af te doen)

Annie                        Hé wat doe je nu? Laat dat!

Herman                   Ach, doe toch niet zo hysterisch schattebol. Ik wil alleen m’n ring uitdoen om te kijken of…

Annie                        Je ring uit doen? Ben je helemaal gek geworden?

Herman                   Maar enfin nu…wat is er nu verkeerd aan je ring uit te doen? Dat heeft toch niets om het lijf?

Annie                       (neemt hem vast bij zijn haar,schudt zijn hoofd langzaam heen en weer) Op de vijftiende juni van het jaar 1975, en niet in 76 zoals jij dacht, heb ik die ring om je vinger geschoven als teken van eeuwige trouw. En zolang ik leef zal die ring aan je vinger blijven Herman De Laet! Als ik je er ooit op betrap dat je dat ding daar zit af te prutsen, dan stop ik hem hoogst persoonlijk op een niet nader te vernoemen plaats, zodanig dat hij binnen in je verderfelijk lichaam wegroest. Heb je dat? (laat hem los)

Herman                    Ik…ik geloof dat dit vrij duidelijk is. Dankjewel!

Annie                        Het is je geraden! En? Wat zijn de plannen?

Annie                        Hoezo? Welke plannen?

Annie                       Jezus Christus! Welke plannen vraagt hij. De plannen voor vanavond natuurlijk!

Herman                    Oooh, die plannen. Moet dat echt vanavond?

Annie                        Hoe, moet dat echt vanavond? Wat bedoel je?

Herman                   Welja…eu…normaal doen we dat toch alleen op woensdag, en vandaag is het vrijdag, en…

Annie                       Dat bedoel ik niet, pummel! Daar wil ik je vooral niet mee belasten. Dat is zo al erg genoeg. Ik bedoel, wat gaan we vanavond doen?

Herman                    Oh, bedoel je het zo? Wel, ik heb voor vanavond al iets gepland!

Annie                       Heus? Echt waar? Ach. (kust hem) Je bent een schat, weet je dat? Een schat uit de duizend.

Herman                    Ik ga biljarten met Pieter vanavond.

Annie                        Wat? Biljarten? Van…vanavond ga jij biljarten?

Herman                   Ja, ik ga biljarten, en jij kan lekker voor de televisie gaan zitten met je voetjes in een heerlijk warm bad, en met een zakje chips. Daar hou je toch van, van chips?

Annie                       Jij…jij gemene klootvent! Ik haat je, weet je dat? Ik haat je met hart en ziel! (draait zich woedend om en gaat af via de keuken)

Herman                    (lange zucht) Ik begrijp niet wat ik nu weer verkeerd heb gedaan.

Raf komt op via deur 1. ploft zich moeizaam op een stoel naast Herman en laat een pijnlijk, kreunend gegrom horen.

Herman                    Wel? Wat is er met jou?

Raf                           (zuchtend) Niks pa…

Herman                   Je ziet er nochtans uit als iemand die net uit een bad eau de javel komt!

Raf                           (moeizaam) Zware fuif gehad pa…je weet wel…

Herman                    Veel gedronken?

Raf                           (haalt de schouders op) Wat is…véél?

Herman                    Tja…vijf pinten…zes misschien.

Raf                           Zeg pa…in welke tijd leef jij eigenlijk?

Herman                    Hoe, in welke tijd? In de tegenwoordige tijd zeker? Waarom?

Raf                          Als je de dag van vandaag amper een verteer hebt van vijf of zes pinten, dan wordt je uit de gemeenschap uitgesloten! Dan ben je asociaal, snap je? Nee, waarschijnlijk niet. Trouwens waar is ons ma ergens?

Herman                    (zucht) Die zit in de keuken te mokken!

Raf                           Weeral? Wat heb je nu weer uitgespookt?

Herman                   Ach…niks…ik ben alleen onze huwelijksverjaardag vergeten. Dat is alles.

Raf                           Meer niet?

Herman                    Nee, meer niet!

Raf                           Dat is flauw!

Herman                    Ja, dat vind ook.

Raf                           Dat is typisch vrouwelijk, weet je dat?

Herman                    Wàt is typisch vrouwelijk?

Raf                          Wel…ouwe koeien uit de gracht halen. Ik bedoel, dat vrouwen er steeds een genoegen in scheppen de grootste stommiteiten van hun wederhelft, én van henzelf, te herleiden tot een feestelijke traditie! Inclusief de fotoalbums van dezelfde afgezaagde, steeds wederkerende anekdotes van weet je nog toen blablablablabla…tot de dood, of een andere gevaarlijke ziekte, ons scheidt! Triestig vooruitzicht!

Herman                    Ach jongen toch…wat weet jij nu van vrouwen?

Raf                           Ik? Vrij veel, als ik zo bescheiden mag zijn.

Annie komt op vanuit de keuken en stopt kordaat een draagbaar telefoontoestel in Hermans handen.

Annie                        Hier!

Herman                    Wat…wat is dat?

Annie                        Waar lijkt het op?

Herman                    Jamaar…wat moet ik daar nu mee?

Annie                        Wat doe je nu met een telefoontoestel?

Raf                           Het gras afrijden?

Annie                        Kop dicht jij! Vooruit Herman, ik wacht…

Herman                   Jamaar…wat…ik bedoel..wie moet ik dan zo holderdebolder opbellen?

Annie                        Wie vraagt hij dan nog. Je vriendje natuurlijk!

Raf                          Zo pa? Een vriendinnetje, tot daar aan toe. Maar een vriendje nog wel. Dat is pas een moderne vader!

Herman                   Kop dicht jij! Annie, lieve schat…wélk vriendje moet ik dan zo nodig opbellen?

Annie                        Pieter natuurlijk! Wie anders?

Herman                   Maar ik hoef Pieter toch niet te bellen? We hebben al afgesproken. Om acht uur in het biljartlokaal.

Annie                       Kan je mooi vergeten jongen! Je belt Pieter op en zegt hem dat je vanavond niet komt biljarten.

Herman                    Dat…dat ik niet kom biljarten? En waarom dan niet?

Annie                        Omdat wij andere plannen hebben, daarom!

Herman                   Jamaar schat, je begrijpt het niet. Kijk, verleden week heb ik ook al afgezegd en de week daarvoor ook. Je weet hoe Pieter gesteld is op ons avondje biljart. Die jongen heeft niets anders. Ik kan hem toch niet opnieuw gaan teleurstellen?

Annie                       Ach man, lul toch niet zo! Zeg hem gewoon dat het vandaag je huwelijksverjaardag is. Dat zal hij nu toch wel begrijpen zeker?

Herman                    Nee…ik vrees dat Pieter dat niet gaat begrijpen? Hij is…

Raf                           Een homo?

Herman                   Kop dicht jij! Hij is een vrijgezel. Een eenzame, verstokte vrijgezel en ik ben zijn boezemvriend. En als ik hem vertel dat ik omwille van onze huwelijksverjaardag hem zijn avondje biljart ontneem, dan zal hij mij dat vast en zeker kwalijk nemen. Ik ben er heel zeker van!

Annie                        Dan maak je hem gewoon wat anders wijs.

Herman                    Tja…wat moet ik hem zoal wijsmaken?

Raf                           Zeg hem dat je een baarmoederlijke verzakking hebt!

Annie en Herman samen         Kop dicht jij!

Raf                           Goed, oké, kop dicht dan maar… geef dan al eens een goeie tip…

Annie                       Het kan mij niet schelen wat je hem wijsmaakt, Herman, maar je belt hem nu op!

Herman                    Hé zeg, kan dat straks niet?

Annie                        Nu, zeg ik je!

Herman                   (zucht) Vooruit dan maar. (hij tikt een nummer in, wacht even) Hallo, Pieter? Ja, Herman hier. Wat betreft vanavond…wat zeg je? ’t Is niet waar zeg (houdt zijn hand voor de hoorn) Pieter heeft een nieuwe keu, een Amerikaans model. (hand weer weg) Wat zeg je? Zoveel? (fluit) (hand weer voor hoorn) Hij heeft 150 euro gekost!

Raf                           150 euro voor een stok? Wel…wel…

Herman                   (hand weer van hoorn) Ik mag er toch ook wel eens mee spelen zeker?

Annie                        (ongeduldig) Herman, maak er in godsnaam korte metten mee!

Herman                   (zucht) Pieter, luister is even jongen, ik…Pieter luister nu is even…(hand op de hoorn) Hij blijft maar doorrazen over die keu, ik krijg er geen woord tussen.

Raf                          Laat mij eens even. (neemt de hoorn over) (roept) Wil jij soms een borrel? (geeft telefoon terug aan Herman) Zo! ’t Is muisstil aan de andere kant.

Herman                   Pieter? Neenee, dat was onze Raf. Een grapje denki ik…zeg Pieter, wat vanavond betreft...het eu…het zal helaas niet gaan, jongen…Ja, ik heb eu…ik heb mijn voet zwaar verstuikt, zie je? Tja, ik vind het ook spijtig! Ja…een andere keer dan maar. Dag Pieter. (zucht en klapt de telefoondicht) Hij is zwaar ontgoocheld.

Annie                        Ach, vooruit, hij overleeft het heus wel.

Herman                    (zucht) Wat zijn die plannen van jou?

Raf                           Ben je wel zeker dat je daar moreel klaar voor bent, pa?

Herman                   Raf, hou in godsnaam je kop dicht! Ga naar een fuif, naar een kerkdienst, naar een milieubijeenkomst, of naar eender wat, maar verdwijn! Liefst zo snel mogelijk!

Raf                          Goed! Goed, ik ga al…maar…eu…mijn financiële toestand laat mij wel niet toe om lang uithuizig te zijn, als je begrijpt wat ik il zwijgen?

Herman                   Hier! (geeft hem wat geld) En je geeft mij wel den overschot terug, begrepen?

Raf                          (bekijkt het geld) Overschot? Verwacht jij dan dat ik in het jaar XXXX aan deze aalmoes nog wat ga overhouden?

Herman                   (zucht en geeft hem nog een bankbiljet) Hier! En maak nu dat hje wegkomt!

Raf lacht, stopt het geld weg en verdwijnt via de voordeur.

Herman                    Zo, en vertel nu eens waar jij vanavond met mij naar toe wilt.

Annie                        Nergens!

Herman                    Hoezo, nergens?

Annie                        Nee, nergens! Wij blijven vanavond lekker gezellig thuis

Herman                    Thuis?

Annie knikt.

Herman                    Wij twee?

Annie knikt.

Herman                    Je wilt toch niet, eu…

Annie                        Wat?

Herman                    Wel…eu…je weet wel…dinges…

Annie                        Dinges?

Herman                    Wel jaa…ik bedoel…dinges…eu…seks…

Annie                       Nee jongen wees maar gerust. Ik wil je vooral niet uitputten, zo vlak voor het weekend.

Herman                    Goed! En eu…wat gaan we dan wel doen?

Annie                        Gewoon, gezellig praten enzo…

Herman                    Gezellig praten? Wij twee? Alleen?

Annie                       Ho nee! Geen sprake van! Nee jongen, zo gek hoeft het nu ook weer niet. Ik heb een paar mensen uitgenodigd.

Herman                   Wat? Een paar mensen uitgenodigd? En wie dan wel, als ik vragen mag?

Annie                        Ach, gewoon…de buren!

Herman                   (springt recht, loopt de kamer heen en weer) Wat? Annie, lieve Annie…Jezus Christus…de buren… Mijn vrouw is gek geworden. Ja dat is het, ze is gek geworden. Haar stoppen zijn doorgeslagen. Kortsluiting in de hersens vrees ik arm, arm schaap. Vreselijk.

Annie                       Zeg, wat is er nu met jou? Is dat dan zo erg? Ik dacht zelfs dat jij Hilde, laat ons zeggen, aardig vond?

Herman                    Hoe…hoe kom je daar nu bij?

Annie                       Ach vooruit ouwe! Denk jij nu echt dat k niet in de gaten heb hoe jij haar steeds door de haag staat te begluren, telkens ze in haar ‘sober van stof bedeelde bikini’ in de zon ligt te kronkelen als een krolse kat? Soms sta je daar met je haagschaar een gat in de lucht te knippen, weet je dat?

Herman                    Allemaal onzin.

Annie                        Oh ja? Heus?

Herman                   Vast en zeker! Ik doe zulke dingen niet, dat weet je best! Trouwens zo minuscuul is haar bikini nu ook weer niet. Je hoeft niet steeds te overdrijven! Tenandere, haar kan ik nog net luchten…maar hem… Jezus Christus, wat een lul. Hoe heet hij ook alweer?

Annie                        Eu…Harry, geloof ik…

Herman                   Ja, dat is het! Harry…Harry Van Puinbroeck! Van…Puinbroeck…de heer en mevrouw Van Puinbroeck! Belachelijk, vind je niet? In meneer zijn broek is het vast één grote puinhoop.

Annie                       Ach, hou nu toch op met je belachelijke vooroordelen! Trouwens, in jouw broek is het ook niet zoveel soeps, laten we daar eerlijk over zijn!

Herman                   Daar heb ik geen klagen over, dankuwel! (lacht) Zie jij die vent al de liefde bedrijven? Met zo’n idiote kop? In plaats van klaar te komen, krijg je buikkrampen!

Annie                        Ach man, hou toch op met die onnozele praatjes!